De Stichting Zeldzame Huisdierrassen
De Stichting Zeldzame Huisdierrassen (SZH) (www.szh.nl) zet zich in voor het behoud van zeldzame oorspronkelijke Nederlandse rassen van onze boerderij- en huisdieren en hun diversiteit.
Zij streeft dit doel na door houders van deze lokale rassen te ondersteunen in het houden van, fokken met en verwaarden van hun dieren. Daarnaast promoot de stichting actief de rassen en hun kwaliteiten bij het brede publiek.
Jaarlijks zet de SZH een dierenras extra in het zonnetje onder de noemer ‘ras van het jaar’. Zo waren er de afgelopen jaren het Fries Wetterhoun, de Twentse Landgans en het Nederlands Bonte Bentheimer Landvarken.
Dit jaar heeft het bestuur van de SZH gekozen voor de zwarte bij, Apis mellifera mellifera. Een verheugend en noodzakelijk besluit daar de raszuivere zwarte bij in Nederland op een kritiek punt is aangeland.
Achtergrond
Van de zwarte bij bestaat in Nederland misschien nog maar een honderdtal raszuivere koninginnen. Eigenlijk kennen we het precieze aantal niet zo goed. De oorzaken van deze teloorgang kennen we echter maar al te goed: enerzijds zijn in de loop van de laatste 100 jaar ter vervanging van de zwarte bij op grote schaal koninginnen van vreemde rassen ingevoerd, en dan vooral carnica’s. Daarnaast is het Buckfast kunstras inmiddels wijdverbreid. Dit alles heeft geleid tot een ongekende bastaardering van de zwarte bij, die in zuivere vorm in Nederland zo goed als verdwenen is.
Alleen op Texel, en heel misschien op Terschelling, komen nog bijenvolken met zwart bloed voor. Deze volken zijn nog geschikt om door strenge selectieprogramma’s als raszuivere populatie in stand gehouden te worden. In de rest van Nederland moet de inheemse zwarte bij als uitgestorven worden beschouwd.
Ras van het jaar
De SZH heeft contact gezocht met de stichting De Duurzame Bij en met de zwarte-bijenvereniging ’t Landras om een invulling te geven aan dit speciale jaar. Inmiddels heeft het eerste overleg plaatsgevonden en begint de praktische vormgeving nader uit te kristalliseren.
Het allerbelangrijkst is nu een volledige inventarisatie van de naar schatting 200 bijenvolken op Texel, want die heeft eigenlijk nog nooit plaatsgevonden. Daarbij worden monsters van alle volken genomen, waarbij de raszuiverheid wordt bepaald aan de hand van een analyse van de vleugelbeadering én door DNA-analyse, uit te voeren door het Centrum voor Genetische bronnen Nederland (CGN). De monstername is in de maanden februari-maart 2024 van start gegaan, nog vóór het teeltseizoen weer begint. De DNA-analyse behelst zowel genotypering (bepaling van het genotype) als sequentiëring (sequencing), de vaststelling van de exacte volgorde van de basenparen in een DNA-polymeer. Idealiter zouden de genoemde analyses moeten leiden tot een ondubbelzinnige vaststelling van de raszuiverheid. De DNA-analyses zullen worden verricht aan darrenpoppen. De SZH hoopt, naast het verkrijgen van meer inzicht in de huidige populatie van de zwarte bij op Texel als ‘eiland van de zwarte bij’, zo ook meer ‘schatbewaarders’ te vinden die geloven in de kwaliteiten van dit zo bijzondere ‘levende erfgoed’. Daarnaast zou op termijn met natuurorganisaties zoals Staatsbosbeheer verkend kunnen worden hoe we de zwarte bij weer meer kunnen gaan waarderen en inzetten.
Verder bestaan er nog plannen om op termijn een publicatie uit te brengen over de zwarte bij, waarin met name aandacht wordt geschonken aan gedragskenmerken en bijzonderheden in de bedrijfsvoering met zwarte bijen, beide zo verschillend van andere ondersoorten. De SZH hoopt met dit initiatief imkers én natuur- en dierenliefhebbers in het algemeen enthousiast te kunnen maken voor de zwarte bij.